Politiek Beleidsplan

De politieke vereniging Lijst Pim Fortuyn Eindhoven is in 2004 opgericht vanuit de landelijke partij die in 2002 vanuit het niets met 26 zetels in de Tweede Kamer kwam.
Maar ...wat doen en willen  wij in Eindhoven? (Lees verder)

Fractieleden Lijst Pim Fortuyn

Rudy Reker
Fractievoorzitter

 
Reker-Lilian Wiebers
Fractiemedewerkster 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Damian Dassen
Commissielid Lijst Pim Fortuyn.
Bestuurslid
Jonge Fortuynisten

Jonge Fortuynisten

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 
Stef Kleine Staarman
Voorzitter
Jonge Fortuynisten 

 

 

 

 

 

 

 

 
Timo Hoogerwaard
Secretaris
Jonge Fortuynisten

 

 

Vervolgvragen op collegeantwoorden

Vervolgvragen op uw antwoorden inzake de gestelde raadsvragen van 18 augustus jl.: ‘Waarom een krakkemikkige dakopbouw alsnog een vergunning verlenen’?

Geacht college,

Naar aanleiding van uw antwoorden op de hierboven genoemde raadsvragen heb ik namens de slachtoffers nog een aantal opmerkingen, welke in kleur onder uw antwoorden zijn geschreven. Ik verzoek u daar kennis van te nemen. Daarna heb ik slechts drie vragen op pagina 4.

Antwoord van Burgemeester en Wethouders
 
1. Is er ondertussen toch een vergunning afgegeven voor deze dakopbouw waarvan de Gemeente Eindhoven eerder bepaalde dat deze niet voldoet aan de redelijke eisen van welstand?

Antwoord college:
Ja, er is inmiddels een vergunning verleend. Na een aanvankelijk negatief welstandadvies is door de aanvrager de bouwaanvraag aangepast. De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit heeft op basis hiervan positief geadviseerd. Vervolgens is de vergunning alsnog verleend. Momenteel loopt er een beroepsprocedure en in dat kader een onafhankelijk mediationtraject.

Commentaar LPF:
Onjuist antwoord op de vergunningverlening na. Om de vergunning te verlenen was de aanvrager verplicht een aantal ‘noodzakelijke aanpassingen’, dus bouwkundige gebreken uit te voeren. Dat is tot op heden, ruim 5 jaar na de aanvraag nog niet gebeurt!

De slachtoffers, dus de buren van de krakkemikkige bouwval hebben de indruk en de praktijk bewijst dat, dat de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit de ‘noodzakelijke aanpassingen’ niet heeft gecontroleerd en ongezien de vergunning heeft verleend.

Mijn inziens onttrekt het college zich aan haar verantwoording door de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit in bescherming te nemen voor iets dat deze commissie vijf jaar geleden heeft verzaakt, namelijk een bouwkundige controle. Dat was veel leed en ellende voor de buren bespaard gebleven.

Er loopt inderdaad nog een beroepsprocedure omdat het mediationtraject een mislukking is geweest en in deze situatie al bij voorbaat kansloos was.

2. Als u de eerste vraag met ja heeft beantwoord wanneer en op welke gronden gaat de Gemeente Eindhoven dan in tegen haar eigen eerder en terecht gevormde conclusie?

Antwoord college:
Op basis van de aangepaste aanvraag en het advies van de onafhankelijke Commissie Ruimtelijke Kwaliteit is alsnog een vergunning verleend. Zie ook het antwoord op vraag 3.

Commentaar LPF:
De aanvraag kan wel aangepast zijn maar er is volgens de buren niet door de aanvrager conform de aanvraag gehandeld. Het bewijs daarvan kunt u 5 jaar na de aanvraag nog duidelijk zien. Ook al door de waterlekkages op de slaapkamers, de huiskamer en de verzakking van de serre. Volgens een offerte van een Eindhovens Bouwbedrijf is de schade meer dan € 15.000 euro. Dus lijkt het advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit gebaseerd op blindelings vertrouwen in de aanvrager die gewoon zijn eigen weg is gegaan. De vergunning die, zoals ik van wethouder Wedemeijer heb begrepen, definitief is verleend, is daarom mijn inziens ten onrechte afgegeven. Dit is een feit waar dit college haar verantwoordelijkheid voor dient te nemen en de slachtoffers niet een mediationtraject in sturen.
 
3. Waarom verleende het college bij een illegaal gebouwde krakkemikkige dakopbouw medewerking middels een Wabo-project besluit?

Antwoord college:
Bij constateringen van illegale bouwwerken moet ingevolge de Algemene wet bestuursrecht (Awb) de overtreder in de gelegenheid worden gesteld om de illegale situatie ongedaan te maken. Dit kan door ofwel een vergunning te verkrijgen ofwel de illegale situatie af te breken. Betrokkene heeft er in dit geval voor gekozen om een aanvraag in te dienen, die (na aangepast ontwerp) is vergund.

Commentaar LPF:
Juist door deze werkwijze gaat de Gemeente Eindhoven ook nog in 2017 in de fout door een vergunning te verlenen als het ontwerp op papier is aangepast en tijdens en daarna geen controle uit te oefenen. In dit geval heeft de aanvrager ervoor gekozen om, volgens de slachtoffers niets aan zijn illegale bouwwerk te doen. Dat de aanvrager alsnog een vergunning heeft aangevraagd voor zijn krakkemikkige bouwval, voor het op papier aangepast ontwerp dat niet is uitgevoerd, ontslaat het college niet van haar verantwoording.
 
4. Omdat er in deze raadsvragen wordt gesproken over een krakkemikkige bouwval is de vraag of het college de dakopbouw (zoals u het eerder noemde) en de ontstane schade met bijbehorende problemen van de buren wel serieus heeft genomen?

Antwoord college:
Zeker, maar ten aanzien van eventuele schadeaspecten is het college niet bevoegd om uitspraken te doen of om deze schadeaspecten te beoordelen. Dit is aan de civiele rechter. Wij kunnen enkel toetsen aan de bestuursrechtelijke normen.

Commentaar LPF:
Als college moet u niet alleen controleren op bestuursrechtelijke normen maar ook de bouwkundige normen in acht nemen, inclusief de voorschriften en aanpassingen die uzelf voor de definitieve vergunningverlening heeft gesteld. Dat dit niet (goed) is gebeurd is duidelijk. Daarom is dit antwoord wel erg kort door de bocht.
 
Antwoord college:
Ten aanzien van het conflict tussen beide partijen over het vergunning- en handhavingsproces van de dakopbouw heeft het college - op verzoek van de rechtbank - mediation gefaciliteerd. Daarvan is gebruik gemaakt door partijen. Uit navraag blijkt dat de mediation nog loopt. Als partijen er niet uitkomen, doet de rechtbank alsnog een uitspraak over de kwestie.

Commentaar LPF:
Als het college haar werk, zoals verwacht mag worden naar behoren had uitgevoerd was een mediationtraject niet nodig geweest. Dan had het college ook nooit een vergunning voor deze bouwval afgegeven. Het is natuurlijk van de gekke dat het slachtoffer van dit project moet accepteren dat de Gemeente Eindhoven hun inziens ernstig in gebreke is gebleven en daar tijdens een mediationtraject met de dader niet meer op terug mag komen. (Zie verder mijn commentaar bij antwoord 1)
 
5. Is het college bereid om de oorzaak van de schade die op nummer … is ontstaan door een onafhankelijke partij te laten onderzoeken?

Antwoord college:
Nee, zoals gezegd behoren schadeaspecten en rechtmatigheidsoordelen tot de bevoegdheden van een civiele rechter. Dit kunnen en mogen wij niet meenemen bij een bestuursrechtelijke vergunningsaanvraag.

Commentaar LPF:
Dit is het afschuiven van het door de Gemeente Eindhoven ontstane problemen naar haar inwoners. U moet, wat u eerder heeft verzaakt, controleren op bouwtechnische en veiligheidsnormen. En het zou het college sieren als u dat alsnog zou doen en daar de verantwoording voor nemen.

6. Is het college, bij voorkeur de wethouder, genegen om ter plaatse deze absurde situatie met eigen ogen te aanschouwen?

Antwoord college:
Zie het antwoord op vraag 5. Aanvullend vermelden wij dat de kwestie over de vergunning- en handhavingsprocedure ten aanzien van de dakopbouw nu onder de rechter is en van daaruit mediation loopt.

Commentaar LPF:
Ook hier onttrekt het college zich aan haar verantwoordelijkheid. Dit is het toppunt van arrogantie naar haar inwoners. Eerst zelf gruwelijk de fout ingaan en dan Eindhovense burgers naar de rechter sturen.
 
7. Is het college bereid om de huisjesmelker van nummer … te verplichten (en er ook op toezien) dat de door hem veroorzaakte schade op nummer … door hem zal worden betaald?

Antwoord college:
Aangezien eventuele schade een civiele aangelegenheid is, is het college hiertoe in beginsel niet bevoegd.

Commentaar LPF:
 ‘In beginsel niet bevoegd’. Maar als u, als Gemeente Eindhoven ten onrechte een vergunning verleend moet u zich wel aansprakelijk voelen en ook daarna handelen.

8. Is het college, bij voorkeur de wethouder, genegen om ter plaatse deze absurde situatie met eigen ogen te aanschouwen?

Antwoord college:
Wethouder Wedemeijer is inmiddels ter plekke gaan kijken.

Commentaar LPF:
Dat is juist. Wethouder van wonen, wijken en burgerparticipatie Yasin Torunoglu stuurde mij door naar wethouder Wedemeijer die over vergunningen gaat. De volgende dag zijn wij samen naar het bewuste pand gaan kijken. De wethouder liet mij de volgende dag weten dat de vergunning definitief was verleend. Over het waarom en wie- en of het wel conform de aangepaste bouwaanvraag was afgegeven kon wethouder Wedemeijer geen mededelingen doen.
 
Eindhoven, 28 augustus 2017 (Antwoord ontvangen op 11 september 2017)

Vervolgvragen

Bij het antwoord op vraag 1 schrijft u; ‘Na een aanvankelijk negatief welstandadvies is door de aanvrager de bouwaanvraag aangepast. De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit heeft op basis hiervan positief geadviseerd. Vervolgens is de vergunning alsnog verleend.’

Dit brengt mij tot de volgende vragen:

1. Kunt u aan de Lijst Pim Fortuyn fractie de volledige onderliggende documentatie tonen op welke data en basis de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit positief heeft geadviseerd, inclusief de controle na de door u voorgeschreven noodzakelijke bouwkundige aanpassingen waarop de vergunning is afgegeven?

2. Nu het college, na het lezen van de hier bovenstaande opmerkingen heeft kunnen constateren dat zij haar plichten ten opzichte van haar inwoners niet of niet volledig is nagekomen, is zij dan bereid om haar verantwoordelijkheid te nemen en erop toezien dat haar eerder gestelde eisen aan deze dakopbouw alsnog volledig worden uitgevoerd?

3. Is het college bereid om de slachtoffers van de door het college ten onrechte afgeven vergunning voor 100% schadeloos te stellen i.p.v. deze mensen naar een mediator en de rechter te sturen?

Rudy Reker