Onjuiste informatieverstrekking door het college
Eindhoven, 30 december 2020
Raadsvragen: Kan bewust onjuiste informatieverstrekking door het college aan de gemeenteraad zonder gevolgen blijven?
Met antwoord van het college
Geacht college,
Na aanleiding van de tv-uitzending ‘Lokroep van de islam’₍₁₎ en een redactioneel artikel op 15 januari 2020 in het NRC₍₂₎ heeft de LPF op 16 januari 2020 voor het eerst raadsvragen gesteld over de ingetrokken alarmerende brandbrief₍₃₎ die uw voorganger oud-burgemeester Rob van Gijzel (Depla) naar drie ministeries had gestuurd. Op uw geheugen op te frissen volgt hier een citaat uit dit artikel.
Citaat. “De burgemeester van Eindhoven heeft in 2016 een alarmerende brief aan de minister van Justitie en Veiligheid over de fundamentalistische Al Fourkaan-moskee na verzending weer ingetrokken. Dit gebeurde onder druk van toenmalig minister Ard van der Steur (VVD) die ontstemd was over kritiek in de brief op het functioneren van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Die valt onder het ministerie waaraan Van der Steur tot 2017 leiding gaf.
Dat de vertrouwelijke brief door toenmalig burgemeester Rob van Gijzel (PvdA) van Eindhoven in 2016 aan de minister is verzonden, werd vorige week al gemeld in BNNVARA-documentaire De Lokroep over de radicale islam. Nog niet was bekend wat er met de brief is gedaan.
Van Gijzel schreef over de grote zorgen die er leven over de salafistische El Fourkaan-moskee in Eindhoven. De moskee werd bezocht door mensen die onderwerp zijn van terrorismeonderzoek en nodigde predikers uit die de jihad verheerlijken. Eindhoven kreeg echter geen steun van de NCTV bij de aanpak van de moskee. Ook deelde de coördinator geen informatie over de moskee en haar financiering en werden afspraken steeds afgezegd, luidde de klacht van de burgemeester aan de minister. 'Zijn' NCTV zou er niet goed opstaan’.
Tijdens Prinsjesdag 2016 spreekt Van der Steur John Jorritsma aan op de brief – die VVD’er is Van Gijzel dan net opgevolgd als burgemeester van Eindhoven. De minister eist dat de brief als niet verzonden wordt beschouwd, omdat ‘zijn’ NCTV er niet goed op zou staan als de brief mocht uitlekken. In een reactie erkent Jorritsma dat hij tijdens Prinsjesdag is „aangesproken” op de brief, die hij vervolgens heeft ingetrokken”. Einde citaat.
Onze ₍₃₎raadsvragen van 16 januari 2020 heeft u beantwoord op 24 januari. Maar bij het lezen hiervan en eerder al de uitzending van de ‘Lokroep van de islam’ meerdere keren te hebben gezien, voelde ik dat de beantwoording van de raadsvragen niet paste bij hetgeen ik had opgeslagen. De wijze waarop en de vage beantwoording, was voor mij een reden om dieper te graven.
In zowel de gemeenteraad als in meningsvormende vergaderingen is deze brief meerdere keren onderwerp van gesprek geweest met een zeer getergde burgemeester Jorritsma. Ook onze college mevrouw Mary Ann Schreurs, die inmiddels ook van alles op de hoogte is, is hier meerdere keren op teruggekomen. Door de coronacrisis hebben wij als raad destijds niet verder kunnen ingaan op de door burgemeester Jorritsma ingetrokken brief. In deze brief die wij toen inmiddels hadden ontvangen doet de oud-burgemeester Rob van Gijzel (Depla) een ‘dringende oproep aan drie ministeries om ons niet te negeren en alleen te laten staan’.
Ondertussen had de LPF fractie al zeer betrouwbare informatie dat de huidige Eindhovense burgemeester zich had bezondigd door keer op keer bewust de gestelde vragen niet compleet en naar waarheid te beantwoorden. Dit in schril contrast met de plicht van het college tot actieve informatieverstrekking.
Op 17 juni jl. heb ik u in mijn betoog beloofd om hier later nog op terug te komen. Dat heeft de LPF precies vier jaar na het verscheuren van de zeer urgente brandbrief gedaan op Prinsjesdag 15 september jl.₍₄₎ Ook op 13 november₍₅₎ en fractie M.A. Schreurs op 20 november₍₆₎ hebben wij via vervolgvragen het college de kans gegeven om de werkelijke feiten op tafel te leggen. Helaas blijft het college de waarheid verzwijgen.
Na de beantwoording van meerdere raads- en mondelinge vragen is ons geduld ten einde en dwingt u ons als Lijst Pim Fortuyn om scherper te reageren op de door u onterecht ‘ingetrokken brief’. De brief waarin de in Eindhoven geboren oud-burgemeester na 8 jaar dit ambt te hebben bekleed, zich zeer terecht beklaagde over het des-functioneren van de landelijke veiligheidsinstanties zoals de NCTV en de AIVD, waar minister Ard van der Steur destijds verantwoordelijk voor was.
Er staat ondermeer letterlijk: ‘Het college kan door een tekort aan informatie en het ontbreken van een totaalbeeld geen verantwoordelijkheid nemen richting de bewoners in Eindhoven’. Dat is niet niks, dus laat deze woorden eens goed tot u doordringen! Wij als Lijst Pim Fortuyn nemen dit zeer hoog op.
De volgende passages uit deze brief wil ik u ook niet onthouden. Citaat:
‘Met daarbij expliciet aandacht voor aan de stichting verbonden Al Fourqaan moskee als potentiële voedingsbodem naar gewelddadige jihadisme’.
(…)
‘We beschouwen de aanwezigheid van een voedingsbodem voor radicalisering als een bedreiging van de veiligheid en samenhang in onze stad en – gezien de intergemeentelijke en internationale context van de stichting en de moskee- als een gevaar voor de democratische rechtsorde in geheel Nederland’.
De toen kersverse burgemeester John Jorritsma (VVD) trok meteen bij zijn eerste ontmoeting met minister Ard van den Steur (VVD) in Den Haag de alarmerende brandbrief, zonder overleg met wie dan ook binnen één week na verzending ter plaatse in. Dezelfde burgemeester die tijdens de overdracht met de oud-burgemeester moet hebben meegekregen dat er uitvoerig en uitgebreid is gesproken over de grote zorgen en duisteren praktijken die in de Al Fourqaan moskee plaatsvinden. Zoals het sluiten van illegale huwelijken, het ronselen van jongeren voor het gewelddadige jihadisme, het uitnodigen van haat-imams en de verboden geldstromen om het gewelddadige jihad in ons land verder uit te breiden, etc. etc.. Daar kennen wij de oud-burgemeester maar al te goed voor en niet voor niets stuurde hij deze brandbrief naar drie ministeries! Burgemeester Jorritsma had deze actie van de oud-burgemeester moeten toejuichen.
De afspraak met de minister Ard van der Steur (VVD) werd daar tegelijkertijd gemaakt, dat deze brandbrief als niet verzonden moest worden beschouwd. Met de wetenschap van de duistere praktijken in- en om de Al Fourqaan moskee, wilde de kersverse Eindhovense burgemeester zijn partijgenoot een dienst bewijzen en verscheurde deze brief ter plaatse. Dus niet enkele weken later intrekken, zoals hij eerder op antwoord op onze eerdere raadsvragen heeft geschreven! Het gevaar voor de burgerbevolking in onze stad, in ons land en ver daarbuiten op de koop toenemend. Een daad van de burgemeester die verantwoordelijk is voor de openbare orde en veiligheid in onze stad onwaardig.
Burgemeester Jorritsma informeerde dus niet het college en ook niet de gemeenteraad over zijn een-tweetje met de minister, omdat ze samen hadden afgesproken dat geheim te houden. Wij als Lijst Pim Fortuyn vinden dit ontoelaatbaar en ook onvergefelijk! Temeer omdat onze fractie al meer dan tien jaar aandacht heeft gevraagd voor de ondermijnende praktijken in- en om de Stichting Waqf en de salafistische Al Fourqaan moskee.
De eerder en meerdere gestelde raadsvragen had u als college beter eerlijk en naar waarheid kunnen beantwoorden, omdat wij vinden dat onze collega’s in de Eindhovense gemeenteraad ook recht hebben om de enige echte feitelijke waarheid te weten. En er is altijd maar één waarheid, maar wel vele leugens die de waarheid moeten verdoezelen. Ons verzoek bij de laatste raadsvragen van 13 november was dan ook duidelijk om de Raadsvragen van 15 september opnieuw en nu wél waarheidsgetrouw per vraag te beantwoorden. Dan hadden de extra opmerkingen en vragen van 13 november achterwege kunnen blijven. Maar ook dat heeft u niet gedaan.
U mag van mij aannemen college, dat mijn informatie uit zeer betrouwbare bron komt. U als college speelt dan ook hoog spel door in uw beantwoording van 11 december jl. te vragen om mijn informatie met u te delen. Het zal duidelijk zijn dat ik mijn bron beloofd heb om deze niet bekend te maken. Daar zal ik mij aan houden. Wat ik wel kan vragen, is of mijn bron bij een notaris in Den Haag een verklaring wil afleggen van de feitelijke gebeurtenissen die ik vervolgens aan u kan toesturen. Maar leden van het college, een ding is zeker, burgemeester Jorritsma en ik weten precies wat er inhoudelijk in deze notariële verklaring zal komen staan. Dat bedoel ik met hoog spel en daar is dan maar één antwoord op. En die is u bekend. Vandaar de titel van deze raadsvragen.
Als u als college alsnog de waarheid blijft verzwijgen zien wij ons, los van het feit wat er in deze gemeenteraad gebeurd, genoodzaakt om bij de Commissaris van de Koning, mevrouw I. Adema een melding tegen de burgemeester te doen wegens integriteitsschending. Want dit voorval staat niet op zich en u weet, als het vertrouwen in de burgemeester weg is, wordt het een onwerkbare situatie voor zowel het college, de gemeenteraad, ambtenaren alsook voor alle burgers van deze mooie stad Eindhoven.
Tot slot enkele vragen:
1. Is het juist dat er tijdens de overdracht met burgemeester Rob van Gijzel ook uitgebreid en uitvoerig is gesproken over de verboden en ondermijnende praktijken van de stichting Waqf en de Al Fourqaan moskee, zoals hierboven en in de brief aan drie ministeries is geschreven?
2. Hoe kunt u als burgemeester een alarmerende brandbrief die enkele dagen eerder door uw voorganger is geschreven en door waarnemend burgemeester Depla is gestuurd naar drie ministeries intrekken, als er in staat dat de Stichting Waqf en de Al Fourqaan moskee een gevaar betekent voor de democratische rechtsorde in geheel Nederland?
3. Waarom heeft de burgemeester met de wetenschap die hij ongetwijfeld moet hebben gehad, aan de gemeenteraad geschreven dat de brief enkele weken later pas is ingetrokken zoals hij schrijft, terwijl hij deze alarmerende brief daar ter plaatse kapot heeft gescheurd, zoals mijn informant mij vertelde?
4. U heeft als burgemeester een actieve informatieplicht, dus waarom heeft u het voltallige college en alle raadsleden van uw beslissing om de brief als niet verzonden te beschouwen en de brief kapot te scheuren, niet onverwijld op de hoogte gesteld?
5. Waarom heeft de burgemeester meerdere keren onjuiste informatie verstrekt over het intrekken van de brief?
Rudy Reker
Tjerk Langman
Antwoord van burgemeester en wethouders
1. Is het juist dat er tijdens de overdracht met burgemeester Rob van Gijzel ook uitgebreid en uitvoerig is gesproken over de verboden en ondermijnende praktijken van de stichting Waqf en de Al Fourqaan moskee, zoals hierboven en in de brief aan drie ministeries is geschreven?
Het overdrachtsgesprek tussen oud burgemeester Van Gijzel en Burgemeester Jorritsma is vertrouwelijk geweest. Hierover kan het college geen uitspraken doen.
2. Hoe kunt u als burgemeester een alarmerende brandbrief die enkele dagen eerder door uw voorganger is geschreven en door waarnemend burgemeester Depla is gestuurd naar drie ministeries intrekken, als er in staat dat de Stichting Waqf en de Al Fourqaan moskee een gevaar betekent voor de democratische rechtsorde in geheel Nederland?
Wij verwijzen u naar de beantwoording van vragen 10a en 11 op de door u ingediende raadsvragen (dossiernummer: 20.42.103_2.1.1, datum 13-10- 2020). En wij herhalen wat daarin is geantwoord: Bij het intrekken van de brief heeft de burgemeester samenwerkingsafspraken gemaakt met de toenmalige minister VenJ. Een van de samenwerkingsverbanden die hierin nu relevant zijn is de Taskforce Ongewenste Buitenlandse Financiering en Problematisch gedrag. Vanuit die Taskforce zijn wij betrokken bij de informatie over geldstromen uit onvrije landen naar Eindhovense organisaties. De burgemeester heeft nadat de brief van tafel was gehaald kennisgemaakt met en samenwerkingsafspraken gemaakt met de heer El Damanhoury.
Er is daarna veelvuldig contact gehouden op zowel bestuurlijk als ambtelijk niveau. En wij verwijzen u naar de beantwoording van vraag 2a van de door raadslid Schreurs ingediende raadsvragen (dossiernummer: 20.51.103_2.1.2, datum: 15-12-2020). En wij herhalen wat daarin is geantwoord: De brief van voormalig locoburgemeester Depla is inhoudelijk besproken tussen de toenmalige minister en de burgemeester. Op basis daarvan zijn, zoals eerder aangegeven, samenwerkingsafspraken gemaakt.
3. Waarom heeft de burgemeester met de wetenschap die hij ongetwijfeld moet hebben gehad, aan de gemeenteraad geschreven dat de brief enkele weken later pas is ingetrokken zoals hij schrijft, terwijl hij deze alarmerende brief daar ter plaatse kapot heeft gescheurd, zoals mijn informant mij vertelde?
Wij verwijzen u naar de beantwoording van vraag 1a op de door u ingediende raadsvragen (dossiernummer: 20.42.103_2.1.1, datum 13-10- 2020) . En wij herhalen wat daarin is geantwoord: De brief is niet op Prinsjesdag 2016 van tafel gehaald, maar in de weken daarna tijdens een gesprek tussen de toenmalige minister en de burgemeester. Dit is in goed overleg gebeurd.
En wij verwijzen u naar de beantwoording van vraag 1a van de door raadslid Schreurs ingediende raadsvragen (dossiernummer: 20.51.103_2.1.2, datum: 15-12-2020). En wij herhalen wat daarin is geantwoord: Aanvullend op alle antwoorden die hierover al aan u gegeven zijn het volgende in relatie tot het gedeelte dat u in uw inleiding aanhaalt uit de brief van de minister aan de Tweede Kamer d.d. 28 januari. Ja, er is inderdaad op Prinsjesdag, in de marge van een receptie, over de brief gesproken. Als vervolg daarop is er op 10 oktober 2016 na afloop van het Landelijk Overleg Politie een gesprek met de minister c.s. geweest over de betreffende brief. Volgens het college is dit meer dan genoeg onderbouwing. De brief is dus daadwerkelijk op 10 oktober van tafel gehaald.
4. U heeft als burgemeester een actieve informatieplicht, dus waarom heeft u het voltallige college en alle raadsleden van uw beslissing om de brief als niet verzonden te beschouwen en de brief kapot te scheuren, niet onverwijld op de hoogte gesteld?
Het college is van mening dat het versturen van de brief een burgemeestersbevoegdheid was. Daarmee is het intrekken van de brief dat ook. De burgemeester heeft hierover met de locoburgemeester Depla ( de schrijver van de brief) gesproken. De brief heeft geen onderdeel uitgemaakt van de collegeagenda.
5. Waarom heeft de burgemeester meerdere keren onjuiste informatie verstrekt over het intrekken van de brief?
De burgemeester heeft geen onjuiste informatie verstrekt.
Tot slot herhalen wij wat we hebben aangegeven in de beantwoording van de raadsvragen van raadslid Schreurs (dossiernummer: 20.51.103_2.1.2, datum: 15-12-2020): Het college hecht eraan te zeggen dat na alle verschillende vragen en de daarop zorgvuldige en zo volledig mogelijke beantwoordingen over deze kwestie alles is gezegd wat erover te zeggen valt.
Wij concluderen dat er diverse vragen gesteld zijn die al eerder zijn beantwoord. De beantwoording is een herhaling van hetgeen al eerder gezegd is, maar de vraagstelling suggereert dat het feitelijk anders zou zijn gelopen. Indien de vragenstellers nog steeds van mening zijn dat vragen niet naar tevredenheid zijn beantwoord verzoekt het college om deze beantwoording in de raad te agenderen zodat in alle openheid het debat hierover kan worden gevoerd.
Eindhoven,